Partnerruil

Lies wilde wel met Meneer K:)dootje, en Meneer wilde wel met Lies. Dus die zaten zaterdagochtend al om zeven uur in de auto.
Yep en ik volgden op een veel schappelijker tijdstip met de trein, namelijk half drie ’s middags.

Yep en ik gingen na aankomst eerst inchecken in het hotel waar we dat weekend zouden slapen. Nee meneer de receptionist, twee twéépersoonskamers. Met allebei twéé sleutels ja. Daarna ging Yep met mij mee naar een geweldige wolwinkel (Ribbels. Jullie moeten even kijken), hij is dat immers gewend van wanneer hij met Lies op stap is. Daarna togen wij alvast naar het restaurant waar Meneer K:)dootje en Lies even later aanschoven.

Vanwaar deze ruil?
Nou:
IMG_9687.JPG
Ergens daartussen zit Meneer K:)dootje. En Lies zit ergens op die tribune rechts:
IMG_9688.JPG

Ons zicht op Lies werd belemmerd door twee pilaren waarvan een met preekstoel. Helaas.

Maar goed, Meneer en Lies deden mee met de Scratch Muziekdagen Leiden. Met de musicaldag dus, zaterdag.
Zij moesten al ’s morgens om half tien in de Pieterskerk beginnen met oefenen, wij hoefden ons pas om kwart over vijf ’s middags te melden voor het gezamenlijke eten. En natuurlijk daarna voor het concert, zij op de tribunes in het koor, wij op (door Yep goed geregelde) eersterangs plaatsen in het publiek.

Het was erg leuk en indrukwekkend om te zien hoe een groep van 800 mensen in één dag een koor wordt. En een vijftigtal muzikanten een orkest. Wij denken dat de dirigent, Martin van der Brugge, wel even moet bijkomen na zo’n dag, al was duidelijk te zien dat hij er ook heel veel plezier in had.

Yep maakte nog een filmpje en wat geluidsopnamen, maar die krijg ik hier niet in geplakt. Lies heeft op haar blog wel een stukje te beluisteren.

Na het concert meldden we ons netjes met zijn vieren in het hotel (jammer, andere receptionist inmiddels) en dronken we nog wat voordat we ons keurig met de juiste partner in de juiste kamer terugtrokken.

Vasten

Vandaag is het Aswoensdag. De dag na de carnaval, in veel plaatsen veel toepasselijker ‘Vastenavond’ genoemd: de vooravond van de Vastentijd. Vandaag begint dus de Vastentijd. De tijd van veertig dagen tot Pasen. En ja, als je daadwerkelijk gaat tellen zijn er zesenveertig dagen vanaf nu tot Pasen. Maar de mensen waren in vroeger tijden wel een beetje praktisch ingesteld en vonden dat de zondag geen vastendag is. Dus als je de zondagen niet meetelt zijn het toch veertig dagen tot Pasen.

Vasten is onderdeel van verschillende culturen en religies en is ook nog onderdeel van gezondheidsleren en dergelijke. Op Wikipedia trof ik al een eenvoudig overzicht aan en er is ongetwijfeld heel veel meer over te vinden.

Hoewel wij niet religieus zijn opgevoed hebben mijn ouders ons wel altijd bewust laten kennismaken met de christelijke grondslag van onze maatschappij. Met daarbij ook aandacht voor andere culturen, religies en opvattingen. Ik vond en vind dat altijd heel interessant.

Vroeger thuis deden we wel eens mee met de vastentijd door gedurende die periode niet te snoepen. Voor mij, als niet-echt-zoetekauw niet zo’n grote opgave, maar toch.
Zelf vind ik de vastentijd tegenwoordig wel een mooie gelegenheid om me bewust te zijn van ingesleten gewoontes en je eigen mogelijkheden tot verandering. Onthouding van bepaalde zaken om dat kracht bij te zetten is een mooi middel.

Afgelopen maandag riep een vriend ons op met hem mee te doen door alcohol en koffie te laten staan. Gisteren stond in de regionale krant een uitgebreid artikel over de verschillende (moderne) mogelijkheden om te vasten (geen alcohol, minder geld uitgeven, niet snoepen, geen sociale media of zelfs internet, etc.). Vasten, of in elk geval het zich bewust zijn van gewoontes is actueel.

De afgelopen jaren gebruikte ik geen alcohol en snoepte ik door de week niet tijdens de vasten. Omdat ik toch al bijna geen alcohol drink is geheelonthouding eigenlijk geen uitdaging. Dit jaar neem ik me daarom het volgende voor: niet snoepen, geen koffie drinken en (oeps…) geen actief gebruik van Twitter en Instagram*. Ik zal wel mijn blogverhaaltjes melden en mijn vorderingen voor de InCoWriMo, maar niet kijken wat anderen posten.

Doen jullie mee aan de vastentijd? En op welke manier?

*Ik doe mijn best. Ervaringen uit het verleden sluiten niet uit dat ik me af en toe de vastentijd pas herinner ná het doen wat ik niet zou doen. Bij voorbaat sorry.

Kopje thee, iemand?

Papier

IMG_9629.jpg

Worden jullie ook zo blij van mooie opschrijfboekjes?
Of ben ik de enige die een schap met schriften, opschrijfboekjes, schrijfblokken of briefpapier niet voorbij kan lopen zonder op zijn minst even te kijken? Nee hè?

Op de foto staat een deel van mijn collectie boekjes. Overal in huis zwerven ze rond, met allerlei verschillende bestemmingen. Er zijn een paar vaste waarden, die veel gebruikt worden.
Zo is het grote boek rechtsboven (met het schilderij van Monet) voor aantekeningen, kladversies, lijstjes, etc. Inmiddels ben ik aan mijn tweede exemplaar begonnen, hiervoor had ik er een met brievenbussen erop. Dat boek gaat vaak mee naar vergaderingen of besprekingen en gaat er in de loop van de tijd dus waarschijnlijk een beetje verfomfaaid uitzien. Als ik in de oude versie terugblader kom ik kladversies van Sinterklaasgedichten tegen, opzetjes voor boekbesprekingen, to-do-lijsten, aantekeningen die ik tijdens besprekingen maakte, telefoonnummers en e-mailadressen, noem maar op. Erg leuk!

Het bloemetjesschriftje met de ringband gebruik ik om ideeën voor haakwerk of blogs in op te schrijven. Het boekje is verdeeld in vier delen, waarvan de pagina’s allemaal een andere kleur rand hebben. Handig voor verschillende dingen tegelijk dus. Ik kocht het trouwens in een supermarkt in België. Als je van schriften en opschrijfboekjes houdt moet je zeker eens bij de schrijfwaren gaan kijken als je in België in de supermarkt bent!

Verder heb ik altijd één heel klein opschrijfboekje in mijn tas.

Een aantal mensen kent mijn ‘verslaving’ aan opschrijfboekjes en doet me soms een boekje cadeau. Een heel geweldig exemplaar dat ik pas van Meneer K:)dootje kreeg is misschien niet heel praktisch, maar wel erg mooi:

IMG_9480

Behalve dat een boekje er leuk uit moet zien moet het natuurlijk ook fijn papier hebben. Lang niet al het papier is fijn om op te schrijven, althans niet met vulpen. Soms drukt papier snel door zodat je maar één kant van het papier kunt gebruiken. En soms is het papier te ruw om je pen er soepel overheen te laten glijden. Of juist zo glad dat het papier de inkt niet snel opneemt en je dus gemakkelijk je letters uitveegt.

Wat voor het papier in opschrijfboekjes geldt geldt natuurlijk voor al het papier. Briefpapier, kaarten, schrijfblokken: allemaal moeten ze fijn beschrijfbaar zijn.
Het meest vreemde papier dat ik tot nu toe ben tegengekomen is vrij dik papier of dun karton waarvan bepaalde kaarten zijn gemaakt. Of het aan het papier of aan de coating ligt weet ik niet, maar als ik daarop met vulpen schrijf verandert de kleur van de inkt waarmee ik schrijf. Blauw blijft wel blauw, maar rode-kool-paars wordt nachtpaars en helder rood wordt opgedroogd-bloed-roodbruin. Heel bijzonder.
En het meest vervelend vind ik papier waarop je inkt heel ver uitvloeit en de letters dus in elkaar gaan overlopen. Helaas ontdek je dat meestal pas als je al begonnen bent met schrijven.

Zijn jullie net zo kritisch als ik over schrijfpapier? Of ben ik daarin wèl een beetje raar?

 

Even de kiezen op elkaar

Of eigenlijk juist niet.

Vorig jaar augustus had ik last van een kies in mijn onderkaak. Heel handig, tijdens de vakantie. Gelukkig waren we niet ver van huis en kon ik terecht bij de weekenddienst van mijn eigen tandarts. Die vond niks. En behalve wat schoonmaken deed hij dus ook niks. Vooral omdat ik nog nooit wat had gehad, behalve één gaatje in diezelfde kies.

Helaas bleef ik last houden van mijn kies dus ging ik, nog steeds tijdens de vakantie, terug naar de tandarts. Op een weekdag en dus bij mijn eigen tandarts. Ook die vond vrij weinig, behalve dat er waarschijnlijk teveel druk op mijn kies kwam bij het kauwen. Door die overbelasting raakte de kies geïrriteerd. Dus heeft hij mijn kiezen een beetje bijgeslepen. Dat hielp.
Hij vertelde me ook dat mijn verstandskies naast de pijnlijke kies eruit moest. Dus na mijn vakantie toog ik naar de tandarts (alweer!) om die kies te laten trekken. Dat viel gelukkig erg mee, hoewel de kies nogal goed vast zat en de tandarts behoorlijk zijn best moest doen om haar ervan te overtuigen dat hij er echt uit moest.
Klaar! Dacht ik.

Maar toch zat ik een paar weken later opnieuw in de stoel. Toch een ontsteking in de kies waar alles mee begon en dus een wortelkanaalbehandeling. Dankzij alle horrorverhalen die daarover altijd verteld worden keek ik er niet echt naar uit. Maar het viel me – opnieuw – alles mee. Nee het was niet heel prettig, maar horror is zwaar overdreven.
Antibiotica-kuur mee en over een paar weken terug om de kies te vullen.

Een paar weken later zou de kies dus gevuld worden. Dus wéér in de stoel. Noodvulling eruit en toen niks.
Mijn kies bleek gebarsten, vandaar waarschijnlijk ook de ontsteking eerder. De barst liep van voor naar achter keurig door het midden. De kies was bijna helemaal symmetrisch in tweeën. Nou houd ik wel van symmetrie, maar niet hier.
Geen keuze dus, de kies moest eruit. Niet ingewikkeld en zo gebeurd, maar leuk is anders.
Ter voorbereiding op een later implantaat (WAT?!) vulde de tandarts het gat in mijn kaak op met botkorrels*. Tuurlijk. (*Een soort gruis wat zorgt dat het gat in je kaak weer door je lichaam opgevuld wordt zodat er later genoeg bot is om een implantaat (ja…) in te zetten. Zonder die korrels zou het niveau van het bot kennelijk dalen en blijft er te weinig over om goed een implantaat te kunnen plaatsen.)
Nog maar een keer een antibiotica-kuur. (Wel goed voor de lijn, die pillen. Gezien mijn postuur is het maar goed dat ik tot dan toe nog niet eerder antibiotica kreeg.)

Omdat ik linksonder inmiddels nog maar één kies over had (er was er lang geleden al eens een getrokken omdat ik te weinig ruimte in mijn mond had om alle tanden en kiezen een beetje leuk op een rijtje te laten staan) moest er wel iets terug gezet worden. Een implantaat dus. En meteen moest dan ook maar de verstandskies linksboven eruit, daar zat nu immers helemaal niks meer onder zodat die kies naar beneden kon zakken en daardoor weer voor problemen zou gaan zorgen.

Pfff…

Gisteren zat ik weer in de stoel. Deze keer voor het plaatsen van het implantaat en het trekken van de verstandskies. O joy.
Alles verliep volgens plan, maar bij elkaar duurde dat wel een uur en een kwartier. Dat is best een lange periode om je mond wijd open te houden. In mijn geval is wijd open eigenlijk niet ver genoeg. (voor degenen die mij kennen: ik kan wel (heel) veel lawaai maken, maar ik heb dus géén grote mond)
De tandarts heeft een aantal keren opgemerkt dat hij vanwege ‘een beperkte mondopening’ een beetje moest puzzelen.
Mijn kaken reageerden daar vooral op door nog een beetje meer hun best te doen kramp te krijgen. Au.

Gisteren was dus een koelelement mijn beste vriend. Ik was al ’s morgens vroeg aan de beurt en mocht dus de hele dag genieten van een blok ijs tegen mijn wang. Nou ja, niet de hele dag. Af en toe werd het toch echt te koud. Of wilde mijn arm wel even uitrusten.
Verder viel het me erg mee. De pijnstillers konden fijn in hun doosje blijven (wat een paardenmiddel kreeg ik mee!). Wel mocht ik nóg een keer een antibiotica-kuur. Fijn voor de laatste kerst-kilo. Wat daarvoor ook hielp is dat mijn kaakspieren niet echt wilden meewerken aan het (goed) opendoen van mijn mond. Kleine hapjes eten dus.

Vandaag kan mijn mond nog steeds niet helemaal goed open, al gaat het wel beter dan gisteren. En verder valt het erg mee. Nee, ik moet er niet op duwen en zeker niet aan die kant eten (dat mag ook niet), maar verder heb ik er geen last van. Behalve als ik op mijn kop ga hangen, maar dat vond ik toch al niet zo’n handige positie.

En nu? Nu mag ik over twee weken terug om de hechtingen eruit te laten halen en dan na drie maanden terug om de kroon op het implantaat te laten zetten. Want ik ga er natuurlijk vanuit dat er verder niks geks gebeurt en het allemaal netjes vastgroeit.

En dan heb ik wel weer genoeg tandarts gezien voor de komende tijd. Echt.

(Nee, ik doe hier geen plaatje bij. De tandarts heeft wel foto’s gemaakt maar die heb ik niet gezien en dat vind ik helemaal niet erg.)

 

Boeken!

IMG_9487

Alfabeto Visual: Een alfabet gemaakt van boeken die op hun kant staan, ontworpen door Sónia Lamêra. De foto komt van This is Colossal.

Ik lees heel graag. Al mijn hele leven, althans, zolang als ik me kan herinneren dan toch. Het komt maar zelden voor dat ik op een dag niet lees. En dan tel ik het lezen voor het werk of het lezen van de krant en dergelijke niet mee, ik bedoel lezen in een boek.
Heerlijk, het beleven van een andere wereld in je hoofd.

Lezen is voor mij dan ook echt ontspanning.
Even niks anders doen en even afstand nemen van de dagelijkse dingen.

Ik lees heel veel verschillende boeken.
Als ik heel druk ben lees ik wat gemakkelijker boeken of herlees ik boeken. Een spannende detective of thriller of good old Harry Potter is dan heerlijk.
Eigenlijk de enige genres die ik vrijwel niet lees zijn science fiction en fantasy. Ik moet me wel in mijn hoofd een plaatje kunnen vormen van het verhaal en dat kan ik bij dat soort boeken niet zo goed.
Overigens hoeft dat plaatje niet heel compleet ingevuld te zijn. Een sfeerbeeld is soms al voldoende. Meestal heb ik ook niet echt een concreet gezicht van de hoofdpersoon in mijn hoofd. Wel van het karakter en een algemeen plaatje van het uiterlijk. Maar dus niet tot in detail ingevuld.

Bij ons in huis zijn overal boeken te vinden. Als ik niet oppas verdwijnt ons huis er onder. Regelmatig geef ik dan ook boeken weg aan mensen die ze graag willen lezen of voor een boekenkraam of -markt. Want er komen ook steeds nieuwe boeken bij.
Gelukkig lees ik een deel van mijn boeken digitaal, op de e-reader. Anders zou het helemaal niet bij te houden zijn. Met name op vakantie is zo’n e-reader handig, dan kunnen er tenminste genoeg boeken mee om drie weken genoeg te lezen te hebben. Ik lees namelijk niet alleen graag, maar ook vrij snel. Dus in drie weken vakantie kunnen er zomaar vijftien boeken doorheen gaan. Dat is best een grote stapel om mee te nemen, zeker omdat onze boot (waar onze vakanties meestal zijn) niet zo heel groot is. Vooral Meneer K:)dootje was dan ook erg blij met de door mij aangeschafte e-reader. Niet alleen vanwege de ruimtebesparing, maar ook omdat het scherm van de e-reader verlicht is en het licht dan dus niet aan hoeft te blijven als hij al wil slapen en ik nog lees in bed.

Zoals gezegd lees ik allerlei soorten boeken. Ik vind het dan ook leuk van anderen te horen wat zij lezen, omdat dat weer leuke suggesties kunnen zijn om zelf ook te lezen. Zo lees je ook weer boeken die je zelf misschien niet zo snel zult pakken.
Ik zat daarom ook een tijdje bij een leesclub, maar (mede) doordat ik vaak alweer een paar andere boeken gelezen had op het moment dat we het leesclubboek gingen bespreken en ik dus niet meer altijd goed wist wat ik ervan vond ben ik daar weer mee gestopt.
Wel heb ik een What’s App-groep gemaakt, ‘Leesmeisjes’. Daarin wisselen we met (inmiddels) elf dames uit welke boeken we lezen en wat we daarvan vinden.

Wat ik zelf ook leuk vind om te doen is anderen vertellen over boeken. Sinds afgelopen zomer mag ik dat elke paar weken op zaterdagochtend op de radio doen. In het programma van Elias den Hollander op zaterdagochtend geeft elke week iemand een boekentip. In ongeveer vijf minuten vertel je dan waarom je een bepaald boek aanraadt aan anderen. De boekentips die al geweest zijn zijn hier te beluisteren.

InCoWriMo

Wat?

InCoWriMo. Dat staat voor International Correspondence Writing Month.
Elk jaar in februari is het tijd voor de maand van de handgeschreven correspondentie. Het is de bedoeling dat je elke dag minimaal één handgeschreven kaart, brief, briefje of wat dan ook schrijft èn post of aflevert.

Als het je niet lukt om elke dag te schrijven dan kun je dat natuurlijk gewoon inhalen op andere dagen.
En als je niet genoeg hebt aan één brief per dag mag je er gerust (veel) meer schrijven.
Kom je er pas halverwege februari achter dat het InCoWriMo is en dat je eigenlijk graag mee wilt doen? Geen probleem, dan begin je gewoon op dat moment en haal je de ‘verloren dagen’ in.
Als je aan het einde van februari maar 29 (ja, we hebben een schrikkeljaar) brieven of kaarten of … geschreven hebt.

InCoWriMo dus.

Natuurlijk is er op sociale media vanalles over te vinden, althans, op Instagram dan toch. Ook op Twitter zag ik er al wat van voorbij komen.
Als je het leuk vindt je vorderingen te delen of te volgen wat anderen doen gebruik dan #InCoWriMo.

Met mijn postproject ligt het natuurlijk voor de hand dat ik ga proberen mee te doen met deze uitdaging!
Nu ga ik dus snel mijn brief van vandaag schrijven.
Mocht je het leuk vinden een brief van mij te ontvangen: stuur een mail aan k_dootje@me.com met je adres.