Buddy’s

Vandaag was ik weer bij het ZHPC. Weer een andere mevrouw.

Ook zij verzuchtte: ‘ik weet het niet’. Ook zij constateerde dat mijn handen wel heel erg als los zand aan elkaar hangen. Waarom dat tot nu toe nooit een probleem was en nu wel is dus nog steeds onduidelijk.

Ik heb wel iets nieuws: ter afwisseling van de harde spalk heb ik nu ook buddy’s. Of een dikke vinger, net hoe je het wilt uitleggen.

Wat fijner is moet de komende tijd blijken. Ik kan er in elk geval slecht Nederlands mee typen. Welke taal ik er wel mee maak heb ik nog niet ontdekt.

Niet wijzen

Eerder schreef ik over de hele episode met mijn duim. Wat onderzoeken, waaronder foto’s en een echo, later is nog steeds niet duidelijk wat er aan de hand is. Maar het is intussen wel bijna over.

Hoera!

Toch zat ik vanmorgen weer bij het hand- en polscentrum.

Omdat mijn rechterwijsvinger die extra aandacht kennelijk wel leuk vond en dat ook wilde. Van mij had het niet gehoeven, maar na een week of zes vakkundig negeren was het niet langer te ontkennen: het gaat niet vanzelf over.

Dus nu heb ik een nieuwe gadget: En gaan we weer verder zoeken naar wat er met mijn handen is. Intussen wijs ik even niet.