
Ik heb al een paar jaar een ukelele, een sopraan. Voor mij prima, met piano-ervaring (en hypermobiele handen, weet ik inmiddels) kunnen mijn vingers de vereiste bochtjes wel maken.
Zingen is niet mijn sterkste punt, maar ik vind het wel leuk om te doen. En als ik zachtjes zing en erbij op de ukelele speel, valt het best mee. Toch doe ik het vooral als ik alleen thuis ben, al mag Meneer K:)dootje inmiddels wel meeluisteren. Hoewel hij écht kan zingen, levert hij gelukkig geen commentaar op mijn zangkunsten.
Omdat hij de ukelele stiekem ook wel leuk vond, kocht Meneer K:)dootje er onlangs ook een. Een concert-model, ietsje groter dus. Niet alleen is Meneer K:)dootje een stuk groter dan ik, zijn vingers zijn ook iets minder ingesteld op bochtjes.
Nu hebben we er dus twee, en kunnen we inmiddels ook al een beetje samen spelen. Zolang ik het zingen vooral aan Meneer overlaat klinkt het nog goed ook. Als ik wel meezing is het wél leuk, maar niet voor publiek ;).
Mijn mini-uke kwam destijds met een tas. Die van Meneer niet. Omdat het formaat van een ukelele maakt dat je hem makkelijk meeneemt, is een tas wel handig. Want zonder jas naar buiten is niet zo goed voor de stem(ming) van de ukelele. Om het gebrek aan een tas op te lossen ging ik naar de markt en kocht stof. Appelgroene fleece en glimmend donkerblauw. En maakte een slaapzak. Met een handvat, dat wel.


