Tissues

Er was een beetje de klad gekomen in onze campagne (ok, mijn campagne) onze afvalproductie te verminderen. Niet dat we heel veel afval produceren, gelukkig, maar de eigen bakjes en zakjes meenemen bij het boodschappen doen, noodgedwongen afgeschaft tijdens Covid-19, was nog niet terug usance.

We hadden dus alweer geruime tijd brood in plastic zakken, vis in plastic, elke week nieuwe (papieren!) zakjes van de groenteboer, en dergelijke. Het werd me steeds meer een doorn in het oog, dus: tijd voor actie.

Vanmorgen toog ik naar de bakker met mijn broodzakken en haalde brood-zonder-plastic, met als bonus een nog warm Frans brood voor bij het ontbijt. Meneer ging naar de markt met gerecyclede papieren zakjes, een wasdoek voor de kaas, en zoals altijd voldoende boodschappentassen.

Ik besteedde de rest van de dag aan een andere ergernis: papieren zakdoeken en tissues. We gebruiken stoffen zakdoeken onderweg. Ergens in het covid-verhaal is echter ongemerkt weer de papieren variant in het huishouden opgedoken. Nou is zo’n doos tissues op tafel natuurlijk ook wel heel gemakkelijk. Voor een vieze neus, gemorste koffie, ‘ieuw-daar-ligt-iets’, etc. Maar dat kan ook prima met uitwasbare doekjes opgelost.

Een tijd geleden verving ik het keukenpapier al voor een in stukken geknipte (en afgezigzagde) grote hydrofieldoek, en dat werkt echt prima. De stof daarvan is alleen nogal ruw, en daarmee minder prettig om te gebruiken als zakdoek of servet.

Een paar weken geleden viel er een gat in een hoeslaken. Ha!! Dat is mooi!

Dat is namelijk wél fijne stof, dus prima bruikbaar voor tissues.

Na het in stukjes scheuren, hoefde ik ‘alleen maar even’ alle stukjes om te zomen, want het rafelt maar een beetje…

Het duurde even, maar ik denk dat we voorlopig vooruit kunnen met deze stapel. Ik moet nog wel bedenken wat een handige manier van bewaren is, want uiteraard passen ze niet in een tissuedoos.

Plastic rotzooi

Gisteren deed onze rotaryclub samen met RC Schouwen-Duiveland mee met NL Doet. We gingen plastic afval opruimen op Neeltje Jans. 

Neeltje Jans is het werkeiland dat is aangelegd voor de bouw van de stormvloedkering in de Oosterschelde.  Het is nu grotendeels natuurgebied en ook een belangrijk broedgebied voor allerlei vogels. 

Het eiland heeft allerlei inhammen, vroegere havens. Vanwege het getij en de wind verzamelt zich op het eiland, in alle inhammen, veel afval. Met name plastic. Dat verteert tot uiteindelijk heel kleine stukjes die vogels en vissen opeten en die ook in de plastic soep terecht komen. Touwen, meestal ook van kunststof, rafelen uiteen tot dunne, stugge draadjes waar dieren in verstrikt kunnen raken. Dit soort rotzooi moet niet in de natuur blijven slingeren. 

Ik vond het dus een heel mooie actie en heb me aangemeld om te helpen opruimen. Wat een troep kwamen we tegen! Heel veel plastic flessen en een eindeloze hoeveelheid touw. En natuurlijk alle mogelijke plastic dingen, zoals slippers, sandalen, aanstekers, emmers, doppen, zakken, wikkels en noem maar op. 

Uiteindelijk hebben we in een paar uur tijd drie volle aanhangwagens troep geraapt. 

   Na een kwartier was er dit. 

   Na een uur dit (twee karren vol, de kruiwagen brachten we zelf mee).

   ’s Middags ontwarde ik draadjes (nou ja, touw) uit de keien. Zakken vol. 

   De laatste oogst van de dag. 

   Nog een volle kar.

   Jan Paul kwam op de fiets langs (38 km enkele reis!) om ons op de foto te zetten: de middagploeg. 

De beloning ’s avonds: een gezellige en smakelijke maaltijd.